Print This Page

De neus en de geest

                                                                                                                       de neus 

DE NEUS EN DE GEEST: onafscheidbaar.


Hersenen en geuren:
Het limbische systeem en de hypothalamus worden ook wel de eerste hersenen genoemd. Met de hersenstam bestaan ze 200 tot 500 miljoen jaar. De activiteiten geschieden onbewust en onberedeneerd en zijn emotioneel, instinctief en beschermend. Het is tevens de geheugenopslag van in het verleden voorgevallen sensaties zoals: pijn, vreugde, geuren, seksuele activiteiten.
Het beschermende ligt in de basale drijfveren: angst, honger, seks en plezier.

In de andere delen der hersenen, ook wel in dit verband nieuwe hersenen genoemd, gebeuren de activiteiten bewust en beredeneerd. Deze beide hersenhelften bestaan pas 3-4 miljoen jaar.
De linker hersenhelft verzorgt de logica, het intellectuele, de taal, het rekenen, wetenschap en de complexe zaken.
De rechter hersenhelft zorgt voor het creatieve en artistieke, geeft inspiratie, muzikaliteit, fantasie en simpele zaken. 

De neus ontvangt geur informatie. Twee belangrijke delen van het limbische hersendeel worden aangestuurd door de zenuwimpulsen: de amygdala en de hyppocampus, de centra van geheugen, seksualiteit, emotionele reacties en creativiteit. Geur wordt opgeslagen in een van de oudste gebieden van de hersenen, nl. dat deel van de hersenen, dat al ontwikkeld was bij onze primitieve voorouders. Nog vóór de spraakontwikkeling en vóór de ontwikkeling van gereedschappen en werktuigen, was het limbische gedeelte van onze hersenen al goed ontwikkeld. Het limbische gedeelte behoort bij de hersenstam, het oudste gedeelte van onze hersenen. Hieruit ontwikkelden zich later de grote hersenen. De reukzin is de meest primaire van al onze zintuigen, als enigste rechtstreeks verbonden met de hersenen.

De meeste ingeademde etherische olie zal weer worden uitgeademd. Een klein gedeelte vindt zijn weg via de longen naar de bloedbaan. Hoe meer aroma wordt aangeboden, des te meer zal er dan ook in de bloedbaan terecht komen en dat kan men bereiken door verdamping van de olie in slaap- of werkkamer.
Reuk is sterk verbonden met bepaalde indrukmakende gebeurtenissen.
Het limbische gedeelte heeft met het overleven te maken: honger, dorst, geheugen, slaap, reacties, seksueel gedrag en reacties, en de reuk. Voor onze voorouders was de reuk zeer belangrijk en dikwijls essentieel, zowel voor het individuele overleven als voor het overleven van de stam. De geur leidde de mens naar zijn voedsel, hetzij dieren, hetzij planten en vruchten. Geur waarschuwde hen voor een roofdier, voor vijanden, voor bedorven eten, voor brand.
Geuren sturen het erotische leven. Feromonen, geurstoffen met een hormoonachtige werking beïnvloeden in de dieren- en mensenwereld de partnerkeuze. Ze zorgen voor de instandhouding van de soort. Sympathie en antipathie worden via onze geuren beïnvloedt. In speciale zweetkliertjes produceren we ieder onze zeer persoonlijke lijfgeur.
Deze oude kennis bestaat nog steeds. Misselijkheid of afkeer bij het ruiken van bedorven voedsel is aangeboren. Nog steeds worden we gewaarschuwd door onze neus bij allerlei gevaren en de reacties daarop moeten ons beschermen.
Geuren en herinneringen worden in het limbische systeem gezamenlijk opgeslagen. Geur, stemming, het korte- en/of het lange termijngeheugen zijn in het limbische systeem aan elkaar gekoppeld. Geuren roepen herinneringen wakker, zowel positief als negatief. Met de geur slaan we tegelijkertijd het geleerde op.
Het is geen toeval, dat veel etherische oliën die worden beschouwd als antidepressief, producten zijn van zomerbloemen: roos, jasmijn, lavendel, geranium. Deze oliën roepen beelden op van zonnige dagen, zomer, tuinen, vakanties, personen, enz.

De geur wordt vergeleken met een reeds bekende geur en afbeeldingen en gevoelens uit het verleden worden geassocieerd met de geur informatie en dat kunnen zijn: gebeurtenissen, mensen, plaatsen en objecten. Het gevolg is dat we emotioneel en fysisch reageren door toedoen van het autonome zenuwstelsel op een bepaald aroma. In het limbische systeem gaat de zenuwimpuls naar de hypothalamus die dient als een knooppunt voor de transmissie van geurboodschappen naar andere gebieden van de hersenen. Ook is de hypothalamus het controle station van het hersenaanhangsel. Als hij geur data ontvangt brengt de hypothalamus chemische boodschappen over naar de bloedstroom. Het activeert hormonen en reguleert lichaamsfuncties. Het verbindt de geurinformatie van het limbisch gedeelte met het gebied van denken en oordelen. Dit gehele proces, van de ontvangst van een geur tot de klierafscheiding van de hypothalamus neemt een paar seconden in beslag. Zo kan het inademen van een bepaald aroma veranderingen in het lichaam teweeg brengen en afhankelijk van de ontvangen informatie een aantal fysiologische processen op gang brengen: zoals het activeren van het immuunsysteem, veranderen van de bloeddruk, digestie stimuleren. De op deze manier ontvangen geurdata kunnen ons kalmeren, activeren, we kunnen slaperig worden, levendig, euforisch, hongerig, tevreden, voldaan, vrij van pijn, enz. afhankelijk van welke geur we ingeademd hebben. Bijvoorbeeld scharlei en salie stimuleren de hypothalamus tot afgifte van encefaline, een neurochemische stof die pijn onderdrukt, een euforische uitwerking geeft en een gevoel van welbehagen. Ylang ylang, den, bonenkruid activeren de seksualiteit door de aanmaak van endorfine, dat tevens pijnstillend werkt en een gevoel van welbehagen geeft. Lavendel, kamille en neroli stimuleren de aanmaak van serotonine, dat een kalmerend en ontspannend effect heeft op angst, stress, opwinding en slapeloosheid. Noradreline is opwekkend en verhelderend. Zo wordt er door de etherische oliën een lawine van neuro-chemische stoffen veroorzaakt.

Een ander aspect van oliën en hun werking op de geest is het evenwicht tussen de linker- en rechterhersenhelft. De rechterhelft is gespecialiseerd in intuïtie en gedrag en de linkerhelft is meer betrokken bij logische en intellectuele processen. Als beide helften in harmonie zijn met elkaar, voelen we ons ontspannen, rustig, kalm en prettig. In experimenten is bewezen, dat indien de deelnemers oliën inademden, de werking van beide hersenhelften symmetrischer werden en dit effect trad onmiddellijk in werking na het ruiken. Dezelfde onderzoekingen toonden aan dat basilicum en rozemarijn, zogenaamde cefale oliën, waarvan bekend is dat ze een heldere geest geven, hersengolven produceerden die op alertheid duidden, terwijl kalmerende oliën zoals jasmijn, rozen, neroli, enz. elektrische golven opleverden die er op wezen dat de geest in een meditatieve staat begon te verkeren.

Het vegetatieve zenuwstelsel regelt buiten onze bewuste invloed de ademhaling, spijsvertering, hartslag. De aromatherapie kan door middel van geuren hier invloed op uitoefenen: de ademhaling vertragen, verdiepen, de hartslag regelen. Bijzonder de spijsvertering is beïnvloedbaar door het gebruik van aromatische geuren.

Ook de hypothalamus speelt een grote rol. Dit orgaan ligt in de schedelbasis en dikwijls wordt het beschreven als de plaats waar lichaam en geest elkaar ontmoeten. Hij reguleert zowel het endocriene systeem als het zenuwstelsel en daardoor kan hij ieder orgaan en een groot deel van de lichaamsprocessen beïnvloeden.
De hypothalamus is door zenuwbanen met de verschillende hersengebieden verbonden en de verbinding met het limbische hersendeel is bijzonder krachtig.
Door de reukzin oefenen de etherische oliën een krachtige werking uit op lichaam en geest. De reukzenuwen liggen in het bovenste gedeelte van de neus. In tegenstelling tot de zenuwen voor de tastzin, gehoor, enz., zijn deze rechtstreeks verbonden met de hersenen. Hierdoor is het in feite het scherpste zintuig, echter ook het meest vluchtige: de waarneming van geuren is het scherpst op het eerste moment dat men iets ruikt, maar vermindert dan snel in intensiteit. We hebben dan te maken met twee verschijnselen: verflauwing en vermoeidheid. Verflauwen vindt plaats als we langer in een bepaalde geur verblijven. Vermoeidheid treedt op als we in korte tijd achter elkaar aan een reeks geuren worden blootgesteld. Ze beginnen dan allemaal op elkaar te lijken en zijn dan ook bijna niet meer te onderscheiden.

Als etherische oliën aan de lucht worden blootgesteld worden ze in damp omgezet. In deze vorm worden ze via de neus ingeademd. De binnenkant van de neus is altijd vochtig en deeltjes van de aromatische damp lossen in dit vocht op. De reukzenuwen kunnen deze aromatische deeltjes alleen maar in deze vloeibare vorm herkennen. Vanuit iedere reukcel lopen fijne draden, de cilia, tot in de vochtige laag slijm in de neus. De uiteinden van deze cilia hebben receptoren die de aanwezigheid van aromatische deeltjes kunnen bespeuren. Informatie over deze deeltjes worden langs de cilia naar het cellichaam gevoerd. Van hieruit brengen lange zenuwvezels deze informatie over naar de hersenen door het zeefvormige bot boven aan de neus, het zeefbeen. De hersenen identificeren de geur en we worden ons er van bewust dat we hem waarnemen. Dit alles gebeurt vrijwel op hetzelfde moment.
De receptoren aan het einde van de cilia zijn verschillend van vorm. De geurmoleculen zijn eveneens verschillend van vorm en grootte, afhankelijk van hun herkomst. Als de geurreceptoren in contact komen met moleculen van hun eigen vorm is dit de prikkel tot informatie naar de hersenen. De hersenen identificeren de geur op grond van het type receptor dat hem heeft opgepikt. De cilia geven aan of een geur zoet is of zuur, zwaar, licht, bloemig, houtig, enz. De geurherkenning vindt plaats in een ander gedeelte van de hersenen.

De neus kan tienduizend verschillende geuren registreren. De plaats in de hersenen waar de geuren worden geregistreerd is met zenuwbanen verbonden met de hypothalamus. Die is betrokken bij het endocriene systeem, dat de productie controleert van hormonen voor groei, geslacht, stofwisseling en andere functies, bij het autonome zenuwstelsel, dat de meest onbewuste activiteiten controleert, zoals spijsvertering, de snelheid van de hartslag, de ademhaling, darmperistaltiek, enz., de controle van de lichaamstemperatuur en honger.
Zo maken het ruiken van goed voedsel ons hongerig, slechte geuren maken ons misselijk en andere geuren doen seksuele gevoelens opkomen.
Alle geheimen van onze reuk zijn nog niet doorgrond.

De reuk moleculen komen met de ademhaling in onze neus terecht en worden verdeeld over het reukslijmvlies of mucosa. Dit is een klein stukje hersenweefsel buiten de hersenen. De hier aangekomen lucht is door het bloed en vochtrijke neusslijmvlies voorverwarmd, vochtig gemaakt en van veel stofdeeltjes gezuiverd. Tijdens een normale ademhaling bereikt 2%-5% dit gebied, bij intensievere ademhaling of snuffelen is dat 20% - 30%. Dit weefsel is bruinachtig van kleur en beslaat een gebied ter grootte van 2 postzegels. Een verklaring voor het bruin gepigmenteerde gebied is er niet, wel is bekend dat albino’s geen of een sterk verminderde reuk hebben. In deze mucosa bevinden zich reukcellen. Deze receptorcellen vangen de geurmoleculen op en vertalen deze in een elektrische boodschap die wordt doorgestuurd naar de centrale hersenen. We kunnen een stof alleen ruiken als kleine deeltjes tegen de reukhaartjes botsen, d.w.z. dat we alleen gasvormige stoffen kunnen ruiken, want we ademen alleen gassen in. Echter, niet alle gassen hebben een geur. Het aantal door de mens waar te nemen geuren worden geschat op 200.000. Het aantal reukcellen in het reukslijmvlies bij de mens wordt geschat op 5 miljoen, bij de herdershond op 220 miljoen. In het reukorgaan en het orgaan van Jacobson bevinden zich zintuigcellen, de reukcellen, die na 30-60 dagen vervangen worden door nieuwe. De reukcellen dragen reukharen, met geurreceptoren, een speciaal soort chemoreceptor. Van elke reukcel loopt een zenuw naar een bepaald gebied van de hersenen. Elke reukcel heeft slechts één receptor, in totaal duizend verschillende typen. Dat wij vele duizenden geuren kunnen herkennen komt doordat een geurmolecule meerdere typen receptoren kan prikkelen. Omgekeerd kan een type receptor door verschillende geurmoleculen worden geprikkeld. De zenuwcellen die de door de reukcellen van het neusslijmvlies opgevangen prikkels voortgeleiden, vormen de 20 nervi olfactorii, samen de reukzenuw genoemd, die zich door kleine openingen in de schedelbasis een weg banen naar het primaire reukcentrum. Via de tractus olfactorius, de reukbaan, worden de prikkels verder geleid naar het limbische systeem en naar de buitenste hersenschors. De reukbaan ontspringt aan de onderzijde van de tussenhersenen en gaat naar het reukorgaan. Dit is histologisch, volgens de weefselleer, geen echte hersenzenuw, maar een deel van de hersenen. In het limbische systeem worden geuren die sterke emoties opwekken verwerkt, terwijl men zich dankzij het gebied in de hersenschors geuren bewust kan worden. Het limbische systeem is een functioneel schakelsysteem van diverse onderdelen van het centraal zenuwstelsel, waaronder de hypothalamus, een deel van de hersenschors, de hippocampus. Fundamentele eigenschappen zoals het ondervinden en uitdrukken van emoties, hongergevoel, seksuele gevoelens en gedrag en een deel van de anatomische basis van het geheugen, vinden hier plaats. In de hippocampus, zo heeft men ontdekt in november 1998, worden nieuwe hersencellen gevormd. De hippocampus speelt een rol bij het leren en is betrokken bij het geheugen. De hypothalamus is een belangrijk regelcentrum voor de werking van de hypofyse en het autonoom zenuwstelsel. Zij integreert alle autonome en hormonale processen in het lichaam, de regeling van de lichaamstemperatuur, koolhydraathuishouding, water- en zouthuishouding, groei, voortplanting. Zij speelt een belangrijke rol bij de aanpassing van het hartvaatstelsel aan allerlei toestandsveranderingen in of van het lichaam en heeft ook een regelende invloed op drie kerngedragingen: vlucht- en afweergedrag, voedingsgedrag en voortplantingsgedrag. De hypofyse levert samen met de hypothalamus de hormonen oxytocine en het anti diuretisch hormoon ADH. Ook maakt de hypofyse hormonen aan die allerlei andere organen stimuleren, de schildklier, geslachtsklier, de pigmentcellen, de melkproductie, groeihormonen voor spieren en botten en hormonen voor de bijnierschors.

Een aantal jaren geleden is het zogenaamde vomeronasale orgaan, VNO ontdekt, dat de feromonen herkent. Dat bevindt zich onderaan het neustussenschot en heeft een andere verbindingslijn met de hersenen dan het reukorgaan. In het orgaan van Jacobson komen slechts dertig typen receptoren voor, die gevoelig zijn voor informatie over iemands geslacht en andere seksuele informatie. Feromonen zijn natuurlijke chemische stoffen die worden geproduceerd door insecten, dieren en mensen om de andere sekse aan te trekken, het terrein af te bakenen, om de andere sekse te vinden, om de seksuele bereidheid kenbaar te maken, afweerstoffen, alarmstoffen. Bij de mens worden deze stoffen in de huid en zweetklieren uit seksuele hormonen gevormd, in onbeschrijflijk kleine hoeveelheden t.w. enige femtogrammen. (milligram: duizendste gram – microgram: miljoenste – nanogram: een duizendste van een miljoenste – femtogram: een miljardste van een miljoenste gram). Het reukorgaan kan dit niet als geur waarnemen. Bij metingen blijkt echter dat bij instroom van feromonen het orgaan van Jacobson wordt geprikkeld dat zich boven het ploegschaarbeen bevindt aan beide kanten van het neustussenschot. Via de nervus terminalis gaan de feromonen naar de hypothalamus, waar het seksuele leven en onze stemmingen worden gereguleerd: euforie, vreugde, ontspanning. Er zijn mannelijke en vrouwelijke feromonen. Ieder mens heeft een persoonlijk geurmerk, door feromonen en geurstoffen gevormd, genetisch vastgelegd en individueel. Alleen eeneiige tweelingen kan men niet per geur onderscheiden. Ook ons immuunsysteem werkt hieraan mee. Mensen met dezelfde genen en hetzelfde immuunsysteem zullen niet tot elkaar aangetrokken worden. Door de aanwezigheid van feromonen en onder invloed van het immuunsysteem zal de partnerkeuze zo verlopen dat het nakomelingenschap uitgerust wordt met de grootst mogelijke verscheidenheid van genen. De Amerikaanse arts Dr. David Berliner van de Universiteit van Utah heeft elf natuurlijke feromonen geïdentificeerd. Mensen kunnen worden gemanipuleerd door het inzetten van feromonen. Ook is gebleken dat geslachtsrijpe vrouwen die bij elkaar wonen, door de werking van de feromonen, hun menstruatiecyclus aan elkaar aanpassen.
Veel etherische oliën bevatten naast de normale geuren ook feromoonachtige substanties. De insecticiden- en pesticidenindustrie maken hier gebruik van. Alhoewel hier nog veel onderzoek nodig is, is het wel duidelijk dat door hun biochemische samenstelling, er beïnvloeding plaats vindt van organen en micro-organismen. (Bijvoorbeeld het bestanddeel vanilline bevat feromonen).

 roos  Rosa centifolia  Rosa alba  roos  Rosa damascena

Bron:  Frankincense & Myrrh. Martin Watt & Wanda Sellar ISBN 0 85207 306 2
          Wikipedia: nl., eng., de.


André Gielen. ©®Copyright en registratie notaris. Lith 2001 - 2008.